Om een
houtverbinding
goed passend te kunnen maken trekt de
timmerman
hulplijnen op beide stukken hout. Aan de hand hiervan
kan hij dan bijvoorbeeld bij een
pen-en-gatverbinding
zien hoever en in welke richting hij een gat moet hakken of een pen uitzagen.
Vaak zijn de lijnen ingekrast met een scherp voorwerp, soms met potlood of krijt getrokken.
Op dezelfde manier kan ook het beloop van een
profiel
langs een mal getrokken worden.
Niet alleen de houtbewerker doet het zo, ook de
steenhouwer
gebruikt afschrijflijnen.
Wanneer een rijk geprofileerde
gewelfrib
gedemonteerd wordt, komen op de tot
dat moment onzichtbare zijden van de steenblokken afschrijflijnen te voorschijn.
Niet die van de omtrek, want die zijn weggehakt. Wel de hulplijnen waarmee de hoofdlijnen uitgezet zijn,
zoals de as van het profiel.
Een andere vorm van hulplijnen zijn de
smetlijnen.
Deze lijnen worden echter niet afgeschreven langs een lat of mal.
Tekst: Jean Penders (05-2007). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders