Klik hier voor grote foto (met gegevens)
Claustra

In de vroeg-christelijke bouwkunst vormen de vensters een hoofdstuk apart. Hoe krijg je licht binnen wanneer je tegelijk de wind, regen en vogels buiten wil houden? Vooral in Italië bood albast een oplossing aan wie het zich kon permitteren. Deze kostbare, lichtdoorlatende natuursteensoort werd in dunne platen gezaagd en in het venster geplaatst. Verder waren er niet zo heel veel venstervullingen beschikbaar. Maar wel een compromis: een niet te dikke plaat gewone natuursteen, waarin dan veel niet te grote gaten gemaakt werden. Deze afsluiting, 'claustra' in het latijn, werd zelfs in de romaanse architectuur nog wel eens verkozen boven de hele smalle lichtspleten, die de vensters toen nog heel vaak waren. De gaten konden in zeer fraaie vormen gevat worden.
In de wederopbouwarchitectuur komt de claustra weer in de mode, nu in een betonnen uitvoering. Uit praktische overwegingen wordt deze aan de binnenzijde meestal 'stiekum' van een achterzetraam voorzien.





Tekst: Jean Penders, 06-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders